Osteopathie en de baby

Er zijn vele redenen die een osteopathisch consult voor uw baby rechtvaardigen

  • beperkte beweeglijkheid van hoofd en nek

dit merkt u doordat uw baby

– het hoofd slechts naar 1 kant draait.

– het hoofd vaker 1 kant op draait.

– het hoofd naar beide kanten draait maar de ene kant gaat gemakkelijker en verder dan de andere.

– de baby drinkt vlotter van de ene borst dan van de andere.

Tijdens het geboorteproces moet de baby uitgesproken draai-, buig- en strekbewegingen maken met het hoofd en lichaam om door het geboortekanaal heen te komen. Tijdens dit proces, of tijdens de passage onder het schaambeen door kunnen er beperkingen ontstaan die verantwoordelijk zijn voor de beperkte draaiing van het hoofdje

  • scheef hoofdje (plachiocephalie)

Meerdere factoren kunnen hier de oorzaak van zijn. Het zijn de mechanische oorzaken, meer bepaald de beperkingen die ontstaan zijn ter hoogte van de schedelnaden die een osteopathische behandeling rechtvaardigen.

Deze beperkingen kunnen het gevolg zijn van:

een langdurige bevalling, een bevalling waarbij instrumentele hulp als zuignap of tang noodzakelijk geweest zijn. Het kan ook ontstaan in de baarmoeder als de baby al zeer vroeg ingedaald is en drukt op het bekken.

De afplatting kan aanwezig zijn bij de geboorte of later ontstaan, als gevolg van een bewegingsbeperking van het hoofdje.

Een afplatting van het hoofdje die het gevolg is van het vroegtijdig sluiten van een schedelnaad is een medisch probleem. Hiervoor kan een ostheopathische behandeling geen verbetering bieden.

Een osteopathische behandeling bij deze problematiek kan eventueel aangevuld worden door fysiotherapie en door adviezen t.a.v. houding en stimulering

  • asymmetrie van het gezicht
  • Vernauwing van het traankanaal

Dit kan zich uiten door een tranend oogje of dikke afscheiding. De oorzaak hiervan kan liggen in beperkingen op de botstukken van het gezicht. Zo kan aangezichtspositie bij de bevalling dergelijke spanningen op de gelaatsbeenderen veroorzaken.

  • Problemen met drinken

De baby hapt niet goed aan, de baby gaat overstrekken bij de voeding, draait het hoofdje heen en weer.

De borstvoeding gaat vlotter aan de ene dan aan de andere borst. Dit komt vaak voor bij de eerder genoemde bewegingsbeperking van het nekje. Hierdoor wordt de ene borst ook minder goed gestimuleerd dan de andere borst.

  • krampjes
  • refluxklachten
  • slecht slapen

Wanneer behandelen?

Zo snel mogelijk na de geboorte in de hiernavolgende gevallen

Beperkte mobiliteit van nek en hoofd:

Dit om te voorkomen dat het hoofdje scheef wordt als gevolg van deze bewegingsbeperking.

Scheef hoofdje:

In het eerste levensjaar groeit de schedel het hardst, waarvan de eerste 3 maanden de belangrijkste zijn. Als in deze fase de schedelnaden goed mobiel zijn zal dit de vorm van de schedel gunstig beïnvloeden.

Problemen met drinken

Dit om ervoor te zorgen dat de baby zo snel mogelijk efficiënt gaat zuigen, waardoor hij beter de voeding tot zich kan nemen

Hoe verloopt de behandeling?

De baby wordt behandeld van hoofd tot voetjes, de aanpak is niet geforceerd, zacht en pijnloos. De baby kan na een behandeling juist wat onrustiger zijn, Dit is een reactie op de behandeling en verdwijnt spontaan na enkele uren tot enkele dagen.